zaterdag 31 oktober 2009
Spuittip 3: Investeren kan ook zónder krediet
Banken laten het stevig afweten de laatste tijd. Maar er is vaak al een hoop aan bedrijfsverbetering te doen door samen met de medewerkers eens hardop te denken over verbetermogelijkheden die geen grote investeringen vergen. Pas was ik met zo'n sessie bezig bij een coater die geen ontlakking deed, maar in mijn techniekenoverzicht kwam een methode naar voren waar tot mijn eigen verrassing veel interesse voor was. Zo zijn er wel meer kleine en onbekende techniekjes, die ik op beurzen en congressen tegenkom. Niet iedere spuiterij heeft dat paraat. En een leverancier die het niet in zijn catalogus heeft staan, komt er niet mee. In buitenlandse vakbladen staat trouwens ook van alles en nog wat, waar bovendien heus niet meteen vijfcijferige investeringsbedragen mee gemoeid zijn. De ideetjes die de medewerkers zelf op tafel gooien, zijn sowieso meestal een kwestie van handige afstemming of kleine slimmigheidjes. Eindelijk kunnen ze dat ei eens kwijt, en kan de leiding ermee aan de slag om deze rustiger tijden toch nuttig te gebruiken voor bedrijfsverbetering. Motiveert ook nog, zo'n rondetafel-ideeënbus waarbij je bijdraagt aan de toekomst van je bedrijf!
zaterdag 29 augustus 2009
Welkom in Coatopia
Waar ik nóú toch geweest ben....
Een lakkerij die er zó veel werk bij doet, dat het een mini-economie op zichzelf is. Natlakken, ja natuurlijk, en stralen en chemisch voorbehandelen staan ook schietklaar. Montage of combinaties met metalliseren of poedercoaten... Nee, bestel maar geen kleurtje bij ze maar bespreek gewoon wat je uiteindelijk moet bereiken met je product. Kan vast en zeker handiger en praktischer via deze looncoater. En op allerlei verschillende werkvelden zoals jachten, offshore, militaire voertuigen, auto- en vrachtwagenrevisie ja als het effe kan zelfs een vliegtuig. Alleen je schoenen en je haar doen ze niet, hoewel...
In ongeveer negentig edities van vakblad Oppervlaktetechnieken, bij het helpen opzetten van de duale afstudeerspecialisatie Oppervlaktetechnologie en voor de bedrijfsinterne workshops van OptimaalPoedercoaten.nl heb ik aardig wat bedrijfseconomische snufjes kunnen verzamelen die ik overal op congressen en beurzen opgevangen heb. Een theoretisch droombedrijf zou ze bij wijze van spreken allemaal tegelijk toepassen. Voordat ik ga concluderen dat dit niet een perfect bedrijf is, gooi ik er even een paar tegenaan:
1. Enerzijds moet je niet de rommelzolder van je klanten zijn, maar als je bufferwerk kan aanhouden om rustige dagdelen mee aan te vullen, terwijl je dus altijd wat gereed werk op het schap houdt voor uitlevering op afroep, houdt dat je hele installatie rendabeler. Je hebt minder stilstanduren: er is altijd een stuwmeertje werk achter de hand. Oppervlaktetechnieken & Corrosiebestrijding van maart 1999 (toen was ik nog geeneens eindredacteur: dat werd ik in november 1999).
2. Een Bedrijfs Opleidings Plan, zodat je iedereen maximaal tot zijn recht laat komen. Daarover gaan eerder Spuittips al, dus ik volsta even met de melding dat het misschien weinig spuiterijen zijn die zoiets hebben, maar voor continue verbetering en om het beste uit je mensen te halen blijkt het dus wel prima te werken.
3. Nacalculatie: als alle spuiterijen precies zouden weten voor wat voor werk hun lijn zich het beste leent, zouden ze niet onder elkaars prijs hoeven duiken maar deden ze aan omzetoptimalisatie. Dat is dus inclusief clusteren van werk en zo, je hoeft niet per sé afscheid te nemen van een quittespeler. Deze visie ligt ten grondslag aan Productkwaliteit, Klantenbinding, Procescalculaties van www.OptimaalPoedercoaten.nl. Overigens is het gegeven dat je óverkwaliteit kan leveren, ook een aanleiding tot dat onderdeel. Echt zo´n korveeklusje, die nacalculatie. Maar in de loop der jaren ga je het terugzien in je winstmarge.
4. Wat je ook terugziet in je winstmarge: maskeer- en ophangtechniek. Als de medewerkers die het schijnbaar simpelste werk doen beseffen dat de bedrijfsopbrengst letterlijk en figuurlijk grotendeels in hun handen ligt, en ze niet slechts knechtjes van de pistooldragende godenzonen (M/V) zijn, kan dat flink schelen. Maar hóé bereik je ze met die boodschap...
Geen enkel bedrijf is perfect. Maar deze kwam binnen in mijn persoonlijke top-5. Al kan ik ook wel misperen: tot nog toe vond ik dat je installaties die je continu gaat gebruiken (dus geen reserves of tijdelijke procesaanvullingen) nieuw moet kopen zodat je het ontwerp kan optimaliseren voor je bedrijfsontwikkeling. Dus niet een tweedehandsje omdat dat in eerste aanschaf goedkoper is (en vervolgens een flessenhals in je processtroom oplevert). Hier was wel degelijk een tweedehands installatie voor ruim 90% hergebruikt, dus opgelapt en tot en met de kettingbaan weer gevechtsklaar gemaakt.
Na dik tien jaar jagen & verzamelen in vakliteratuur en op congressen en beurzen, en prakkezeren wat er allemaal komt kijken bij het 'theoretisch optimale poedercoatbedrijf', was het een feest van herkenning om te zien hoeveel er tegelijkertijd in één en hetzelfde bedrijf wordt toegepast. En het mooie is: dit is dus het soort bedrijven dat we over tien jaar nog steeds hebben!
Een lakkerij die er zó veel werk bij doet, dat het een mini-economie op zichzelf is. Natlakken, ja natuurlijk, en stralen en chemisch voorbehandelen staan ook schietklaar. Montage of combinaties met metalliseren of poedercoaten... Nee, bestel maar geen kleurtje bij ze maar bespreek gewoon wat je uiteindelijk moet bereiken met je product. Kan vast en zeker handiger en praktischer via deze looncoater. En op allerlei verschillende werkvelden zoals jachten, offshore, militaire voertuigen, auto- en vrachtwagenrevisie ja als het effe kan zelfs een vliegtuig. Alleen je schoenen en je haar doen ze niet, hoewel...
In ongeveer negentig edities van vakblad Oppervlaktetechnieken, bij het helpen opzetten van de duale afstudeerspecialisatie Oppervlaktetechnologie en voor de bedrijfsinterne workshops van OptimaalPoedercoaten.nl heb ik aardig wat bedrijfseconomische snufjes kunnen verzamelen die ik overal op congressen en beurzen opgevangen heb. Een theoretisch droombedrijf zou ze bij wijze van spreken allemaal tegelijk toepassen. Voordat ik ga concluderen dat dit niet een perfect bedrijf is, gooi ik er even een paar tegenaan:
1. Enerzijds moet je niet de rommelzolder van je klanten zijn, maar als je bufferwerk kan aanhouden om rustige dagdelen mee aan te vullen, terwijl je dus altijd wat gereed werk op het schap houdt voor uitlevering op afroep, houdt dat je hele installatie rendabeler. Je hebt minder stilstanduren: er is altijd een stuwmeertje werk achter de hand. Oppervlaktetechnieken & Corrosiebestrijding van maart 1999 (toen was ik nog geeneens eindredacteur: dat werd ik in november 1999).
2. Een Bedrijfs Opleidings Plan, zodat je iedereen maximaal tot zijn recht laat komen. Daarover gaan eerder Spuittips al, dus ik volsta even met de melding dat het misschien weinig spuiterijen zijn die zoiets hebben, maar voor continue verbetering en om het beste uit je mensen te halen blijkt het dus wel prima te werken.
3. Nacalculatie: als alle spuiterijen precies zouden weten voor wat voor werk hun lijn zich het beste leent, zouden ze niet onder elkaars prijs hoeven duiken maar deden ze aan omzetoptimalisatie. Dat is dus inclusief clusteren van werk en zo, je hoeft niet per sé afscheid te nemen van een quittespeler. Deze visie ligt ten grondslag aan Productkwaliteit, Klantenbinding, Procescalculaties van www.OptimaalPoedercoaten.nl. Overigens is het gegeven dat je óverkwaliteit kan leveren, ook een aanleiding tot dat onderdeel. Echt zo´n korveeklusje, die nacalculatie. Maar in de loop der jaren ga je het terugzien in je winstmarge.
4. Wat je ook terugziet in je winstmarge: maskeer- en ophangtechniek. Als de medewerkers die het schijnbaar simpelste werk doen beseffen dat de bedrijfsopbrengst letterlijk en figuurlijk grotendeels in hun handen ligt, en ze niet slechts knechtjes van de pistooldragende godenzonen (M/V) zijn, kan dat flink schelen. Maar hóé bereik je ze met die boodschap...
Geen enkel bedrijf is perfect. Maar deze kwam binnen in mijn persoonlijke top-5. Al kan ik ook wel misperen: tot nog toe vond ik dat je installaties die je continu gaat gebruiken (dus geen reserves of tijdelijke procesaanvullingen) nieuw moet kopen zodat je het ontwerp kan optimaliseren voor je bedrijfsontwikkeling. Dus niet een tweedehandsje omdat dat in eerste aanschaf goedkoper is (en vervolgens een flessenhals in je processtroom oplevert). Hier was wel degelijk een tweedehands installatie voor ruim 90% hergebruikt, dus opgelapt en tot en met de kettingbaan weer gevechtsklaar gemaakt.
Na dik tien jaar jagen & verzamelen in vakliteratuur en op congressen en beurzen, en prakkezeren wat er allemaal komt kijken bij het 'theoretisch optimale poedercoatbedrijf', was het een feest van herkenning om te zien hoeveel er tegelijkertijd in één en hetzelfde bedrijf wordt toegepast. En het mooie is: dit is dus het soort bedrijven dat we over tien jaar nog steeds hebben!
maandag 20 juli 2009
Spuittip 2: Weet waar je staat en waag de sprong
Pas was ik bij een spuiterij om te helpen bij een opleidingsplan. De bedoeling was, dat er twee mensen via een competentiegericht coachingtraject opgeschoold werden naar 'nivau 4'. Simpel gezegd komt dat neer op "hoger dan een branchecursus maar nog geen hogeschoolcollege".
Je zou van die niveaus kunnen zeggen:
1 is de lijnassistent die vooral veiligheidsaspecten en basishandelingen moet kennen en kunnen;
2 is de zelfstandig werkend vakman;
3 is de meewerkend voorman/voorvrouw of teamleider die dus ook anderen aanstuurt;
4 is de chef lakkerij of lid van het management team;
5 draagt eindverantwoordelijkheid over complexe vraagstukken.
Anders gesteld:
1 is assisteren;
2 is beheren (applicatie/uitvoering);
3 is beheersen (ook procesvloeistoffen aanpassen en mensen aansturen);
4 is optimaliseren;
5 is analyseren en knopen doorhakken die de toekomst van het bedrijf aangaan. De toerusting is bijvoorbeeld op hogeschoolniveau, op ons vakgebied kan dat zijn Oppervlaktetechnologie aan de Hogeschool Utrecht (eenderde onder werktijd: processen optimaliseren (inclusief offerteproces, inkoopproces enzovoort).
Een 4'tje heeft eigenlijk het meest afwisselende werk, en zit in de hoek waar vaak de rendementsverbetering te behalen is (een 5 wordt vaak al te veel in beslag genomen door directietaken). Typisch 4: een rendementsberekening maken, de flessenhals in de processtromen ontdekken, dan die flessenhals opheffen, nog een keer rekenen, en dan taart bestellen voor de hele ploeg!
Wordt het tijd voor een viertje? Dan is het handig om vast te stellen waar je nú staat. Dat kan met een Ervaringscertificaat, want met deze zogeheten Erkenning van Verworven Competenties kun je zowel je kennis als je vaardigheden als je ervaring bij elkaar optellen om te zien of je die "viersprong" kan wagen. Misschien levert het de conclusie op, dat er wat bijgespijkerd moet worden op niveau 3.
Als je nooit eens vaststelt waar je staat, kun je blijven hangen zonder echt vooruit te komen. Je kan ook het vakgebied verlaten, omdat je weinig perspectief ziet. Het is dus letterlijk een viersprong, maar het is te hopen dat we de échte doorgroeiers niet verliezen, anders heeft dit vakgebied geen toekomst.
Bij dat bedrijf ontdekte ik er nóg twee die richting 4 konden. Moeten ze uiteindelijk allemaal zelf weten, natuurlijk, maar het valt me dan wel op dat er meer in een ploeg zit dan je misschien eerst denkt.
Voor toerusting van medewerkers zijn in het scholingsfonds voor de metaalsector even geen Personlijke Trainings Toelagen meer beschikbaar (dat was 1.500 euro per medewerker per twee jaar). Maar met een Ervaringscertificaat is al in beeld te brengen wat je huidige stand van Kennis, Vaardigheden en Ervaring is. Hiervoor ligt 750 euro klaar voor bedrijven die aan het scholingsonds deelnemen (en die deze bijdrage dus via de loonafdrachten zelf al in deze pot gestopt hebben). Dan komt de uitvoering ervan wel weer, als de scholingsfondsen weer paraat zijn, vanaf januari. Dan is een mailtje aan een ROC of de Vereniging voor Oppervlaktetechnieken van Materialen (http://www.vom.nl/) snel gestuurd.
Het meetellen van je ervaring ligt zó voor de hand, dat er vaak overheen gekeken wordt. Dat maakt het des te logischer om voortaan niet in het verleden te blijven hangen, en het heden eens een slag voor te zijn.
Je zou van die niveaus kunnen zeggen:
1 is de lijnassistent die vooral veiligheidsaspecten en basishandelingen moet kennen en kunnen;
2 is de zelfstandig werkend vakman;
3 is de meewerkend voorman/voorvrouw of teamleider die dus ook anderen aanstuurt;
4 is de chef lakkerij of lid van het management team;
5 draagt eindverantwoordelijkheid over complexe vraagstukken.
Anders gesteld:
1 is assisteren;
2 is beheren (applicatie/uitvoering);
3 is beheersen (ook procesvloeistoffen aanpassen en mensen aansturen);
4 is optimaliseren;
5 is analyseren en knopen doorhakken die de toekomst van het bedrijf aangaan. De toerusting is bijvoorbeeld op hogeschoolniveau, op ons vakgebied kan dat zijn Oppervlaktetechnologie aan de Hogeschool Utrecht (eenderde onder werktijd: processen optimaliseren (inclusief offerteproces, inkoopproces enzovoort).
Een 4'tje heeft eigenlijk het meest afwisselende werk, en zit in de hoek waar vaak de rendementsverbetering te behalen is (een 5 wordt vaak al te veel in beslag genomen door directietaken). Typisch 4: een rendementsberekening maken, de flessenhals in de processtromen ontdekken, dan die flessenhals opheffen, nog een keer rekenen, en dan taart bestellen voor de hele ploeg!
Wordt het tijd voor een viertje? Dan is het handig om vast te stellen waar je nú staat. Dat kan met een Ervaringscertificaat, want met deze zogeheten Erkenning van Verworven Competenties kun je zowel je kennis als je vaardigheden als je ervaring bij elkaar optellen om te zien of je die "viersprong" kan wagen. Misschien levert het de conclusie op, dat er wat bijgespijkerd moet worden op niveau 3.
Als je nooit eens vaststelt waar je staat, kun je blijven hangen zonder echt vooruit te komen. Je kan ook het vakgebied verlaten, omdat je weinig perspectief ziet. Het is dus letterlijk een viersprong, maar het is te hopen dat we de échte doorgroeiers niet verliezen, anders heeft dit vakgebied geen toekomst.
Bij dat bedrijf ontdekte ik er nóg twee die richting 4 konden. Moeten ze uiteindelijk allemaal zelf weten, natuurlijk, maar het valt me dan wel op dat er meer in een ploeg zit dan je misschien eerst denkt.
Voor toerusting van medewerkers zijn in het scholingsfonds voor de metaalsector even geen Personlijke Trainings Toelagen meer beschikbaar (dat was 1.500 euro per medewerker per twee jaar). Maar met een Ervaringscertificaat is al in beeld te brengen wat je huidige stand van Kennis, Vaardigheden en Ervaring is. Hiervoor ligt 750 euro klaar voor bedrijven die aan het scholingsonds deelnemen (en die deze bijdrage dus via de loonafdrachten zelf al in deze pot gestopt hebben). Dan komt de uitvoering ervan wel weer, als de scholingsfondsen weer paraat zijn, vanaf januari. Dan is een mailtje aan een ROC of de Vereniging voor Oppervlaktetechnieken van Materialen (http://www.vom.nl/) snel gestuurd.
Het meetellen van je ervaring ligt zó voor de hand, dat er vaak overheen gekeken wordt. Dat maakt het des te logischer om voortaan niet in het verleden te blijven hangen, en het heden eens een slag voor te zijn.
dinsdag 30 juni 2009
Spuittip 1: Eerst plannen, dan opleiden
Geen bedrijf is beter dan zijn medewerkers. Als een installatie aangeschaft wordt, wordt er altijd nagedacht wat er mee geproduceerd gaat worden, voor welke klantgroepen, en wat de machine dus zou moeten kunnen. Toch is opleiden vaak een kwestie van ezeltje-prik in een cursusbrochure. Dat is wel érg simpel gezegd, maar tussen Personeelsbeleid, Marktpositionering en Investeringsbeleid zou natuurlijk geen contrast moeten zijn, maar juist samenhang.
Spuittip:
De eerste tip van deze coatingblog is dus: bepaal eerst waar je als bedrijf in wilt uitblinken vanaf 2010, bepaal vervolgens waar je mensen dan dus goed in moeten zijn. En zorg tenslotte dat ze de juiste spullen hebben, want goed gereedschap is het halve werk.
Voor toerusting van medewerkers zijn in het scholingsfonds voor de metaalsector even geen Personlijke Trainings Toelagen meer beschikbaar (dat was 1.500 euro per medewerker per twee jaar). Maar met een Bedrijfs Opleidings Plan is al in beeld te brengen waar de verschillen liggen tussen enerzijds de huidige stand van Kennis, Vaardigheden en Competenties en anderzijds wat nodig is voor de toekomst van het bedrijf. Hiervoor ligt 1.800 euro klaar voor bedrijven die aan het scholingsonds deelnemen (en die deze bijdrage dus via de loonafdrachten zelf al in deze pot gestopt hebben). Dan komt de uitvoering ervan wel weer, als de scholingsfondsen weer paraat zijn, vanaf januari. Dan is een mailtje aan een ROC of de Vereniging voor Oppervlaktetechnieken van Materialen (http://www.vom.nl/) snel gestuurd. En dan weet je wat werkelijk effectief zal zijn voor de specifieke bedrijfssituatie. Elk bedrijf is uniek, nietwaar?
Voor een Bedrijfs Opleidings Plan dat de managementprincipes uit ISO 9000:2008 volgt en de marktpositionering / concurrentiekracht centraal stelt, kan Coating Kennis Transfer (www.CoatingKennisTransfer.com) externe ondersteuning verzorgen. De samenhang tussen visie, strategie, toerusting en investering ligt zó voor de hand, dat er vaak overheen gekeken wordt. Dat maakt het des te makkelijker om de concurrentie een slag voor te zijn.
Spuittip:
De eerste tip van deze coatingblog is dus: bepaal eerst waar je als bedrijf in wilt uitblinken vanaf 2010, bepaal vervolgens waar je mensen dan dus goed in moeten zijn. En zorg tenslotte dat ze de juiste spullen hebben, want goed gereedschap is het halve werk.
Voor toerusting van medewerkers zijn in het scholingsfonds voor de metaalsector even geen Personlijke Trainings Toelagen meer beschikbaar (dat was 1.500 euro per medewerker per twee jaar). Maar met een Bedrijfs Opleidings Plan is al in beeld te brengen waar de verschillen liggen tussen enerzijds de huidige stand van Kennis, Vaardigheden en Competenties en anderzijds wat nodig is voor de toekomst van het bedrijf. Hiervoor ligt 1.800 euro klaar voor bedrijven die aan het scholingsonds deelnemen (en die deze bijdrage dus via de loonafdrachten zelf al in deze pot gestopt hebben). Dan komt de uitvoering ervan wel weer, als de scholingsfondsen weer paraat zijn, vanaf januari. Dan is een mailtje aan een ROC of de Vereniging voor Oppervlaktetechnieken van Materialen (http://www.vom.nl/) snel gestuurd. En dan weet je wat werkelijk effectief zal zijn voor de specifieke bedrijfssituatie. Elk bedrijf is uniek, nietwaar?
Voor een Bedrijfs Opleidings Plan dat de managementprincipes uit ISO 9000:2008 volgt en de marktpositionering / concurrentiekracht centraal stelt, kan Coating Kennis Transfer (www.CoatingKennisTransfer.com) externe ondersteuning verzorgen. De samenhang tussen visie, strategie, toerusting en investering ligt zó voor de hand, dat er vaak overheen gekeken wordt. Dat maakt het des te makkelijker om de concurrentie een slag voor te zijn.
Abonneren op:
Posts (Atom)